Examenprogramma CKV: SLO-handreiking helpt docenten op weg

René Leverink

Onderwijsjournalist en tekstschrijver bij René Leverink Tekst

  

  Geplaatst op 26 oktober 2017

Kunst ruiken, zien en voelen

Met ingang van schooljaar 2017-2018 is er een nieuw examenprogramma CKV. Dit examenprogramma start in klas 4 havo en vwo. Het uiteindelijke examencijfer zal voor havo worden toegekend in examenjaar 2019 en voor vwo in 2020. SLO, nationaal expertisecentrum leerplanontwikkeling, helpt scholen en docenten op weg met een digitale handreiking. De website geeft informatie over de inhoud en inrichting van het schoolexamen, inspireert met voorbeelduitwerkingen van het examenprogramma en verwijst naar relevante achtergrondinformatie.

“Het nieuwe schoolexamenprogramma CKV is een mooie uitdaging voor school en docent, zeker gezien de ruimte die het programma biedt voor schooleigen invulling.” Ange Taminiau en Pascal Marsman waren namens SLO nauw betrokken bij de totstandkoming van het nieuwe programma en vervolgens bij de ontwikkeling van de digitale handreiking: “De bedoeling van de handreiking is docenten en secties te ondersteunen bij het geven van handen en voeten aan het vernieuwde vak CKV. De website is ontwikkeld in nauwe samenwerking met CKV-docenten en specialisten uit het veld van kunst en cultuur. De voorbeelden dienen ter informatie en inspiratie van de CKV docent.”

Actief

Vergeleken met het huidige programma zijn er opvallende nieuwe accenten gelegd. Het motto is: kunst actief meemaken. Taminiau: “Dat actieve zit om te beginnen in het karakter van het programma. Dat stuurt meer dan voorheen op de inhoud van het vak. Het actieve zit ook in wat van de leerlingen verwacht wordt. Ze moeten onderzoek doen en verbanden leggen. CKV is meer een cyclisch programma geworden met steeds terugkerende schakelingen tussen de vier domeinen verkennen, verbreden, verdiepen en verbinden.” Cruciaal daarbij is het woord meemaken, legt Marsman uit: “Je moet erbij geweest zijn, je moet kunst gezien, gevoeld en geroken hebben. Naast dat ondergaan is er de actieve component bijgekomen. Kunst wordt mede ‘gemaakt’ door de kijker. Leerlingen moeten verbanden leggen tussen verschillende kunstuitingen, beargumenteerd reflecteren op wat ze gezien en ondergaan hebben en hun bevindingen en ervaringen documenteren, liefst zo multimediaal mogelijk.”


Kan kunst zonder fictie?

In de handreiking zijn de verschillende dimensies voorbeeldmatig uitgewerkt volgens een vast format. Zo krijgt de dimensie feit en fictie vorm in een concept dat gebaseerd is op het thema ‘geld en macht’, dat vaak verbeeld wordt in boeken, films en toneelstukken. “De speelfilm The Devil’s Advocate is gebaseerd op het gelijknamige boek van Andrew Neiderman. De film heeft in Nederland geleid tot de theaterproductie Advocaat van de duivel. De verleiders, door de bank genomen is als theaterproductie een subtiele samensmelting van fictie en werkelijkheid.

Het doel van de boeken en films is hetzelfde, maar de vorm en de benadering verschillen. Wat spreekt het meeste aan? Wanneer komt de boodschap het sterkst over? In Dit kan niet waar zijn, stelt Joris Luyendijk de macht en verleiding van geld aan de kaak. Hij baseert zich hierbij op zijn eigen journalistieke onderzoek, waarbij hij zoveel mogelijk feiten probeerde te verzamelen. Kunst? Kan journalistiek kunst zijn? Mooi citaat uit Het einde van de rode mens van Svetlana Aleksejevits (Nobelprijs 2016): er is een moment waarop een gewoon verhaal literatuur wordt. Welk moment is dat? Wat zou ze bedoelen? Kan kunst zonder fictie?”


Domeinen

In de digitale handreiking worden de vier domeinen inhoudelijk verder uitgewerkt. In Domein A (verkennen) staat de kunstervaring van de leerling centraal. De leerling denkt na over zijn ervaringen met kunst. Wat heb ik gezien? Wat is mij bijgebleven? Wat versta ik onder kunst? Wat vind ik mooi, wat niet, en waarom? Het gaat hierbij niet alleen om de eigen ervaringen, maar ook hoe die zich verhouden tot de ervaringen van klasgenoten en andere leeftijdsgenoten, en die van professionals.

Volgende stap is verbreden, in het examenprogramma Domein B. Taminiau: “Uitgangspunt kan bijvoorbeeld het klassikaal bezoeken van een dansvoorstelling zijn. Een leerling wordt geïntrigeerd door de choreografie, een ander door de muziek en een derde door de belichting. Dat is een verbreding van het aandachtsveld; de leerlingen leggen verbanden met verwante andere kunstdisciplines. Ze worden gestimuleerd zich open te stellen voor architectuur, beeldende kunst en vormgeving, dans, film, muziek, nieuwe media, theater en combinaties hiervan. Scholen, docenten en leerlingen maken hierin hun eigen keuzes.” Vanuit die verbrede aandacht gaat de leerling conform Domein C, verdiepen, op onderzoek uit.

Wat is het effect van decor en techniek, zoals de belichting, bij deze voorstelling? Wat als dezelfde voorstelling zonder muziek wordt uitgevoerd? Marsman:  “Het gaat erom dat leerlingen inzicht krijgen in een artistiek creatief proces. Wie bepaalt de waarde van een kunstwerk? Leerlingen kunnen in deze fase zowel individueel als in een groep aan de slag. School en leerlingen maken hier zelf keuzes in.” In Domein D staat verbinden centraal. De leerling reflecteert op zijn ervaringen, beschouwingen en bevindingen in de andere domeinen en legt daar expliciet verbindingen tussen.

Het reflecteren is een doorlopend proces en komt in alle domeinen aan bod. Hier komt het cyclische karakter van het programma het nadrukkelijkst naar voren. De leerling vraagt zich bijvoorbeeld af welke inzichten of gewaarwordingen hem geraakt hebben en die hem wellicht op nieuwe ideeën hebben gebracht. Ideeën die meegenomen worden naar volgende CKV-activiteiten.

Dimensies

Terwijl het nieuwe examenprogramma scholen aan de ene kant veel ruimte biedt voor een eigen invulling, zijn bepaalde aspecten van het vak nu juist strikter omschreven. Zo is datgene wat in Domein B tot nu toe aangeduid was als ‘kennis van kunst en cultuur’ nu veel meer gespecificeerd. De leerling moet in staat zijn de inhoud, vorm en betekenis van uitingen vanuit een of meerdere dimensies te beschouwen.

Die dimensies zijn: feit en fictie; schoonheid en lelijkheid; autonoom en toegepast; ambachtelijk en industrieel; amusement en engagement; digitaal en analoog; individueel en coöperatief; traditie en innovatie; herkenning en vervreemding; monodisciplinair, multidisciplinair, interdisciplinair en ten slotte lokaal en globaal. Taminiau: “Dat zijn stuk voor stuk aanknopingspunten voor interessante beschouwingen. Kijk bijvoorbeeld vanuit de dimensie ‘feit en fictie’ naar een film als Publieke Werken. Die is mede gebaseerd op waargebeurde feiten, maar is wel fictie. Mooi en lelijk kun je afdoen als een kwestie van smaak, maar bij CKV mag je van een leerling verwachten dat hij in staat is uit te leggen wát hij precies mooi of lelijk vindt aan een schilderij, en waarom. Wie weet leidt die reflectie er wel toe dat de leerling het uiteindelijk zelfs mooi gaat vinden, of er althans begrip voor op kan brengen.”


Cijfer CKV

Een belangrijke vernieuwing in het examenprogramma is de becijfering van het vak. CKV wordt afgesloten met een cijfer dat deel uit maakt van het combinatiecijfer. CKV start in klas 4 havo en vwo van het schooljaar 2017-2018. Het uiteindelijke examencijfer zal voor havo worden toegekend in examenjaar 2019 en voor vwo in 2020.


Enthousiast

Moet alles anders? Beslist niet, verzekeren Marsman en Taminiau: “Scholen met een mooi CKV-programma zullen grote delen daarvan in stand kunnen houden. Veel lesmateriaal kan blijven, al moet het gebruik ervan misschien op onderdelen aangepast worden aan het nieuwe programma. Denk daarbij met name aan het cyclische karakter, het onderzoek en de indeling in verschillende dimensies. Met behulp van de digitale handreiking kunnen scholen, secties en docenten aan de slag om komend schooljaar geïnspireerd goed geprepareerd aan een nieuw CKV-tijdperk te beginnen.”

Meer informatie over de digitale handreiking: http://handreikingschoolexamen.slo.nl/ckv

Heb je vragen over dit thema? Stel ze in de onderwijs community binnen de Wij-leren.nl Academie!

Gerelateerd

Kunstintegratie - Nascholing
Kunstintegratie: het belang van nascholing
Vera Meewis
Talentontwikkeling op school
Wat doen we met talenten in kunst en cultuur?
René Leverink
Kunst in curriculum
Kunst integreren in het curriculum
Vera Meewis
Kunstintegratie als betekenisgeving
Kunstintegratie als betekenisgeving
Vera Meewis
Kind centraal
Met kunst het hele kind centraal
Vera Meewis
Leren met kunst
Beter leren en onthouden met kunst
Vera Meewis
Praten over kunst
Zeven manieren om over kunst te praten
Vera Meewis
Tien effecten van kunst
Wat leer je van kunst? - Tien positieve effecten
Vera Meewis

Wij-leren.nl Academie

Inschrijven nieuwsbrief

Inschrijven nieuwsbrief



Inschrijven nieuwsbrief

Omix Webtalks met Sjef Drummen - De match tussen kunst en onderwijs
Omix Webtalks met Sjef Drummen - De match tussen kunst en onderwijs
redactie
[extra-breed-algemeen-kolom2]



kunstonderwijs

 

Mis geen bijdragen

Inschrijven nieuwsbrief

Volg wij-leren.nl

Volg ons op LinkedIn Volg ons op twitter Volg ons op facebook Volg ons op instagram Volg ons op pinterest